Spreken voor publiek: de op één na grootste angst bij Vlamingen

Vergroot die drempel niet en schrijf zelf jouw redevoering

Het artikel “Het is geen eer en genoegen om hier aanwezig te zijn” (De Standaard, 28/04/2016) legt de vinger op de wonde: de angst of de schroom van de Vlaming om te spreken voor een publiek. Iedereen heeft de tools in zich om een goede, innemende spreker te worden. In de tekst worden echter een aantal stellingen geponeerd die te kort door de bocht zijn.

“Een goede speech begint natuurlijk bij een goede tekst. De voormalige Duitse bondskanselier Willy Brandt liet zijn speeches al eens schrijven door een Nobelprijswinnaar (Günter Grass), Barack Obama heeft een heus schrijversteam in dienst om zijn toespraken te schrijven.”

Het artikel besteedt veel aandacht aan speechschrijvers. Maar hoe creëer je echt impact bij je publiek? Authenticiteit is de sleutel. En dat bereik je niet door een team van speechschrijvers aan het werk te zetten. Een goede speech schrijf je bij voorkeur zelf. Een speechschrijver denkt na over welke woorden de spreker zou gebruiken. Dan komen we snel in schrijftaal terecht, wat de authenticiteit onderuit haalt.

Veel beter is om het brein van de spreker zelf te trainen, zodat hij of zij visuele, betekenisvolle, concrete taal gebruikt. Dààrmee trekt je de aandacht van het publiek, en niet met een zorgvuldig geconstrueerde tekst. Een tekst die door iemand anders is geschreven zal nooit zo natuurlijk aanvoelen als je eigen tekst. Voel je je, zoals Liesbeth Homans en het merendeel van de bevolking, niet comfortabel op een podium? Dan vergroot je die angst alleen maar als je woorden gebruikt die jou in de mond zijn gelegd.

‘Op een goed geschreven speech kun je dansen, er moet een cadans in zitten’, zegt Geutjens. ‘Kijk naar de speeches van Obama: die zijn bombastisch en hebben lange zinnen, maar hebben wel een duidelijke flow. De speeches van Churchill zijn dan weer heel ritmisch, het is bijna hiphop avant la lettre.’

Dat klopt. Twee zaken mogen we hierbij niet over het hoofd zien: een interessante, afwisselende intonatie en de manier waarop je emotie gebruikt in je speech. Dat zijn juist technieken die enkel de spreker zelf kan leren en toepassen. De tekst mag dan nog zo goed geschreven zijn. Zonder die elementen komt de boodschap toch niet over. Geutjens gebruikt woorden als “bombastisch” en “flow”. We moeten erover waken de juiste terminologie te gebruiken: specifieke spreekparameters zoals woordaccent, zinsaccent, pauzes, toonhoogtes,… bepalen de ritmiek van je speech. Die parameters kan je trainen.

En tijd winnen door je speech te laten schrijven? Dat is een drogreden. Een speech die je niet zelf hebt geschreven, moet je minimum 3 à 4 keer inoefenen. Bovendien kan de spreker weerstanden hebben tegenover bepaalde zinnen, waardoor die niet natuurlijk overkomen. Als je boodschap geen impact heeft, is de speech zelf toch ook tijdverlies? Zowel voor jou als voor je publiek.

Klopt het dan dat een goede speech of redevoering begint bij een goede tekst? Nee. Start eerst met een duidelijke structuur. Wat wil je bereiken? Wat zijn de drie belangrijkste boodschappen die je wil meegeven? Bouw daar dan jouw verhaal rond. Durf op het podium te staan zonder een voorgeschreven of van buiten geleerde tekst. Durf het anders te doen dan anderen.

” Het gebruik van sprekende beelden en concrete voorbeelden, het voorstellen van alternatieve oplossingen die de toehoorders uitnodigen mee te denken, het focussen op één hoofdboodschap en een klein aantal nevenboodschappen, zijn enkele voorbeelden van eenvoudige technieken die me geholpen de toehoorders nauwer te betrekken bij de presentatie en de boodschap efficiënt over te brengen” Bart Mertens, John Bean Technologies N.V.

 

Een reactie plaatsen

Opgeslagen onder Blogpost

Plaats een reactie